dinsdag 22 april 2014

"Geloof binnenstebuiten"

Homilie gehouden tijdens de Paaswake op 19 april 2014 in de St.-Antoniuskerk, Brasschaat.

Ooit zei een fabrikant van zeep tegen een priester: “Het christelijk geloof heeft niets bereikt. Alhoewel het al tweeduizend jaar lang wordt verkondigd, is de wereld er niet beter op geworden. Het kwaad bestaat nog steeds en er zijn nog altijd boosaardige mensen.” De priester wees naar een kind dat aan de rand van de weg in de modder aan het ploeteren was en zei: “Zeep heeft niets bereikt. In onze wereld is er nog altijd vuil en zijn er vuile mensen.” Daarop antwoordde de zeepfabrikant: “Zeep heeft enkel zin, wanneer het ook gebruikt wordt.” Waarop de priester zei: “Zo is het ook met het geloof.”

Wanneer het geloof in een voorraadkast wordt opgeborgen, heeft het geen zin, dient het tot niets. We dienen met het geloof ook iets te doen! Het volstaat niet om nu en dan rond de persoon van Jezus Christus samen te komen, zijn Woord te beluisteren en zijn sacramenten te vieren. Wanneer we de vreugde die we ervaren in de ontmoeting met de levende Heer niet met anderen delen, dan sterft ons geloof af.

Ons geloof delen met anderen: niet enkel met diegenen die met beide voeten in geloof en Kerk staan, maar vooral met hen die er verder van verwijderd zijn. Ons geloof binnenstebuiten, zoals dat heet, naar de ander toegaan om Jezus Christus en zijn Blijde Boodschap te verkondigen.

Maar hebben wij het als Kerk hier in het Westen niet verleerd eropuit te trekken, te verkondigen? Heerst bij ons christenen vandaag niet eerder een gevoel van moedeloosheid, van ontgoocheling, een gebrek aan vreugde en hoop? Vragen we ons niet dikwijls af, of het allemaal nog wel zin heeft? Verschuilen we ons niet te veel achter onze verworvenheden en klampen er ons aan vast als aan een laatste strohalm?

Ondanks alles heeft de Kerk het steeds als haar eerste taak gezien om de Blijde Boodschap te verkondigen aan alle mensen, niet in het minst aan hen die van Christus verwijderd zijn. Het klopt dat elk leven en elke tijd zijn pijn en verdriet kent, maar toch mogen we elke keer opnieuw putten uit de vreugde die het Evangelie ons biedt. En die vreugde vindt haar oorsprong in het vertrouwen dat er een God is die ons oneindig en onvoorwaardelijk bemint – ook al stellen wij vaak niets tegenover zijn liefde. En die God heeft ons zijn onmetelijke liefde getoond in de dood én verrijzenis van zijn Zoon, Jezus Christus. Dit geloof mag als een lichtstraal, dwars door alle pijn en verdriet heen, ons draagkracht, maar vooral vreugde schenken.

In het Evangelie van deze Paaswake komen twee vrouwen bij het lege graf. De ene vrouw is Maria, de vrouw van Kléopas, de andere Maria Magdalena. Maria Magdalena heeft Jezus, toen zij Hem voor het eerst ontmoette, ervaren als een man die bevrijding schenkt. Zij was een vrouw die vastgelopen was in het leven, tot Jezus haar ontmoette. De ontmoeting met Jezus bracht licht, hoop en vreugde in haar leven. Nu gaat Maria Magdalena naar het graf van Jezus en mag opnieuw ervaren, dat niet duisternis, dood en verdriet het laatste woord hebben, maar wel leven, licht en vreugde! Zij mag God opnieuw ervaren als God van leven.

En het eerste wat Maria Magdalena doet is: eropuit trekken, verkondigen aan de leerlingen wat ze heeft beleefd! Hoe kan het ook anders: zo’n belevenis moet gewoon verteld worden. De ervaring dat Jezus leeft, dat de macht van de dood gebroken is en dat de liefde van God sterker is dan de macht van het kwaad: die ervaring ‘moet’ gedeeld worden!

De levende Heer wil ook ons ontmoeten, Hij wil ons raken, ons zijn liefde tonen en vreugde schenken. En ook wij worden opgeroepen Hem te verkondigen, van Hem te getuigen.

Als wij de steen van ons hart wegrollen, dan pas kunnen ook wij tekenen van Gods onvoorwaardelijke liefde voor ons herkennen – soms haast onopgemerkt. En als de steen is weggerold, kunnen ook wij zelf uit het graf naar buiten treden en Gods Blijde Boodschap van liefde verkondigen. Niet zozeer door mooie woorden, wel door onze belangeloze inzet voor onze medemens (voor gelovigen én niet- of andersgelovigen):

Een oudere dame uit de buurt geraakt niet tot bij de specialist die zijn praktijk in de stad heeft: een man uit de buurt voert haar tot bij de arts en weer naar huis terug.

Een buur is een alleenstaande werkloze moeder behulpzaam bij het vinden van een job.

Een Nigeriaanse vrouw, hoogzwanger, zonder papieren, die van iemand uit de straat kleertjes krijgt voor haar toekomstige kindje.

Voorbeelden van hoe wij Gods boodschap van liefde handen en voeten kunnen geven. Mogen de sacramenten die we in deze Paastijd vieren, niet het doel zijn van ons leven als gelovige, maar wel de krachtbron van waaruit we de vreugde van het Evangelie concreet gestalte geven.

vrijdag 4 april 2014